
De blauwborst ( Luscinia svecica ), een lid van de zangvogel-onderfamilie tapuiten ( Saxicolinae ), behoort tot hetzelfde geslacht als de nachtegaal. De zang van de blauwborst lijkt veel op die van de nachtegaal, echter ontbreken de diepe “djoek-djoek-djoek”-klanken.
Eigenschappen
Wanneer het voorjaar is, heeft het mannetje een opvallend helderblauwe kleur op de keel en borst, die wordt afgezet door een zwarte en rode bruine band. In de winter vervaagt de blauwe tint een beetje. De blauwborst is ongeveer 14 centimeter van kop tot staartpunt.
levensweg
Het dieet van deze vogel bestaat voornamelijk uit insecten. In de nazomer voegt hij ook bessen toe aan zijn menu. Hij is een soort die snel kan vliegen en meestal verborgen leeft in het groen.
Reproductie
De binnenkant van het nest wordt bekleed met paardenhaar of pluisjes en is goed verborgen tussen de vegetatie op de grond. Het legsel bevat 5 tot 6 eieren met subtiele roodbruine stippen. De incubatietijd duurt ongeveer 14 dagen, waarbij beide ouders de verzorging op zich nemen.
Verspreidingsgebieden en habitats
De locatie waar deze vogel broedt is te vinden in noordelijk Europa. In de wintermaanden begeeft hij zich naar regio’s aan de kust van de Middellandse Zee of zelfs verder naar Afrika.
Voorkomen in Nederland en Vlaanderen
De Blauwborst is een verspreid voorkomende vogel in Nederland en Vlaanderen.
De Blauwborst is veel minder bekend dan de Roodborst, die dezelfde onderfamilie deelt. De vogelsoort broedt in moeilijk bereikbare gebieden en trekt ‘s winters weg. In Nederland en Vlaanderen was de Blauwborst tussen 1900 en 1970 in aantal steeds kleiner worden. Deze vogelsoort broedde in kleine veenmoerassen, broekbossen langs beken en grienden. Deze biotopen werden steeds zeldzamer door drooglegging en herverkaveling. Na 1970 kwam er een ommekeer. Het Haringvliet werd afgesloten waardoor de plaatsen, zoals, de Biesbosch, verruigde, natte wilgenbossen kregen. Ook in Flevoland ontstonden er grote moerassige natuurgebieden. In het rivierengebied verbeterde de situatie voor de vogel door het uitvoeren van het Plan Ooievaar en de projecten van Ruimte voor de Rivier. Dit leidde ertoe dat de aanwezigheid van de Blauwborst tussen 1975 en 2000 spectaculair toenam. In het jaar 2000 werd het aantal broedparen geschat op ca. 10.000.
De blauwborst is aanwezig in Vlaanderen, met name in kreken, weilanden die opgespoten zijn en langs riviervalleien. Deze soort heeft zich ook verder uitgebreid, naar beekoevers in landbouwgebieden die intensief worden gebruikt.